2 Samuel 18:2

SVVoorts zond David het volk uit, een derde deel onder de hand van Joab, en een derde deel onder de hand van Abisai, den zoon van Zeruja, Joabs broeder, en een derde deel onder de hand van Ithai, den Gethiet. En de koning zeide tot het volk: Ik zal ook zelf zekerlijk met ulieden uittrekken.
WLCוַיְשַׁלַּ֨ח דָּוִ֜ד אֶת־הָעָ֗ם הַשְּׁלִשִׁ֤ית בְּיַד־יֹואָב֙ וְ֠הַשְּׁלִשִׁית בְּיַ֨ד אֲבִישַׁ֤י בֶּן־צְרוּיָה֙ אֲחִ֣י יֹואָ֔ב וְהַ֨שְּׁלִשִׁ֔ת בְּיַ֖ד אִתַּ֣י הַגִּתִּ֑י ס וַיֹּ֤אמֶר הַמֶּ֙לֶךְ֙ אֶל־הָעָ֔ם יָצֹ֥א אֵצֵ֛א גַּם־אֲנִ֖י עִמָּכֶֽם׃
Trans.wayəšallaḥ dāwiḏ ’eṯ-hā‘ām haššəlišîṯ bəyaḏ-ywō’āḇ wəhaššəlišîṯ bəyaḏ ’ăḇîšay ben-ṣərûyâ ’ăḥî ywō’āḇ wəhaššəlišiṯ bəyaḏ ’itay hagitî swayyō’mer hammeleḵə ’el-hā‘ām yāṣō’ ’ēṣē’ gam-’ănî ‘immāḵem:

Algemeen

Zie ook: Abisai, David (koning), Hand (lichaamsdeel), Ithai (1), Joab, Zeruja

Aantekeningen

Voorts zond David het volk uit, een derde deel onder de hand van Joab, en een derde deel onder de hand van Abisai, den zoon van Zeruja, Joabs broeder, en een derde deel onder de hand van Ithai, den Gethiet. En de koning zeide tot het volk: Ik zal ook zelf zekerlijk met ulieden uittrekken.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְשַׁלַּ֨ח

Voorts zond

דָּוִ֜ד

David

אֶת־

-

הָ

-

עָ֗ם

het volk

הַ

-

שְּׁלִשִׁ֤ית

uit, een derde deel

בְּ

-

יַד־

onder de hand

יוֹאָב֙

van Joab

וְ֠

-

הַ

-

שְּׁלִשִׁית

en een derde deel

בְּ

-

יַ֨ד

onder de hand

אֲבִישַׁ֤י

van Abísai

בֶּן־

den zoon

צְרוּיָה֙

van Zerúja

אֲחִ֣י

broeder

יוֹאָ֔ב

Joabs

וְ

-

הַ֨

-

שְּׁלִשִׁ֔ת

en een derde deel

בְּ

-

יַ֖ד

onder de hand

אִתַּ֣י

van Ithai

הַ

-

גִּתִּ֑יס

den Gethiet

וַ

-

יֹּ֤אמֶר

zeide

הַ

-

מֶּ֙לֶךְ֙

En de koning

אֶל־

tot

הָ

-

עָ֔ם

het volk

יָצֹ֥א

zekerlijk

אֵצֵ֛א

ulieden uittrekken

גַּם־

zal ook

אֲנִ֖י

Ik

עִמָּכֶֽם

met


Voorts zond David het volk uit, een derde deel onder de hand van Joab, en een derde deel onder de hand van Abisai, den zoon van Zeruja, Joabs broeder, en een derde deel onder de hand van Ithai, den Gethiet. En de koning zeide tot het volk: Ik zal ook zelf zekerlijk met ulieden uittrekken.

________

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!